maart 28, 2024

Groenhuis

Groenhuis is de toonaangevende aanbieder van kwalitatief Nederlands nieuws in het Engels voor een internationaal publiek.

Het HvJ-EU zal uitspraak doen over de zakelijke rentekosten op de Nederlandse antigrondslaguithollingsregel

Het HvJ-EU zal uitspraak doen over de zakelijke rentekosten op de Nederlandse antigrondslaguithollingsregel

De Nederlandse anti-grondslaguithollingsregel ontzegt Nederlandse vennootschapsbelastingplichtigen de aftrek van rente betaald aan verbonden partijen:

  • Rente-inkomsten zijn onderworpen aan adequate belastingheffing; Of

  • Financiering en besmette transacties zijn voornamelijk gebaseerd op goede zakelijke redenen (dwz de antimisbruikclausule).

Op basis van EU-jurisprudentie (Lexal) vond in een soortgelijke Zweedse regel ter beperking van renteaftrek dat het verbieden van zakelijke rentekosten in strijd was met het EU-recht. Daarom heeft de Hoge Raad verzocht om een ​​prejudiciële beslissing van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU) over de vraag of de Nederlandse bepaling tegen grondslaguitholling in strijd is met het EU-recht wanneer zij renteaftrek voor zakelijke rentekosten weigert.

Net als in veel andere rechtsgebieden zijn betalingen op schulden (rente) volgens de Nederlandse belastingwetgeving over het algemeen aftrekbaar, terwijl betalingen op eigen vermogen (dividenden) dat niet zijn. Daarom is het belangrijk om de aard van het financiële instrument (dwz schuld en eigen vermogen) te kwalificeren.

Beleenbaarheid van schuld tegenover eigen vermogen

Of een financieel instrument als vreemd of als eigen vermogen wordt beschouwd, wordt in principe bepaald door zijn burgerlijke rechtspositie. Het verschil komt neer op het al dan niet terugbetalen van een verplichting. Een financieel instrument wordt in principe als een lening beschouwd als er een terugbetalingsverplichting op rust.

Er zijn echter drie uitzonderingen die resulteren in kwalificerend vreemd vermogen voor Nederlandse belastingdoeleinden:

  • valse leningen (Schijnleningen);

  • Leningen voor verliesfinanciering (bodemloze putleningen); En

  • Aandelenleningen (deelnemersschapsleningen).

Als geen van deze uitzonderingen van toepassing is, wordt een civielrechtelijke schuld ook voor Nederlandse belastingdoeleinden beschouwd als een schuld.

Volgens de Nederlandse belastingwetgeving zijn alleen rentekosten op schulden van verbonden partijen aftrekbaar voor de vennootschapsbelasting. Indien de verbonden partijen onafhankelijke partijen zijn, is de zakelijke rente de overeengekomen rente.

Als de leenovereenkomst een niet-commerciële rente heeft (onzagelijke verhuur), moet een zakelijke rente worden bepaald en voor belastingdoeleinden worden gebruikt. Als een dergelijke rentevoet niet kan worden vastgesteld, kwalificeert de lening als een niet-zakelijke lening. (Onsagelijke Lenning). Eventuele waardeverminderingen op niet-zakelijke leningen zijn niet aftrekbaar voor de kredietnemer.

In de praktijk wordt de zakelijke rente vaak bepaald door middel van verrekenprijsanalyses, waarbij rekening wordt gehouden met verschillende factoren, zoals de kredietwaardigheid en kredietwaardigheid van de kredietnemer.

Door intergroepsleningen (met verschillende looptijden, onderpand en rentetarieven) te segmenteren, wordt het zakelijke karakter van schulden versterkt:

  • Alleen bepaalde termijnen van de lening kunnen kwalificeren als niet-commerciële leningen; En

  • Zakelijke rentelasten met betrekking tot andere termijnen van de lening zijn aftrekbaar voor de vennootschapsbelasting.

Momenteel kunnen at arm’s-length rentelasten worden afgekeurd als de Nederlandse anti-grondslaguitholling regel van toepassing is. De principe-anti-erosieregel verbiedt de aftrek van rente betaald door Nederlandse vennootschapsbelastingplichtigen aan verbonden partijen waar uitsluitingsregels kunnen worden toegepast.

Op grond van de disclaimerregels moeten Nederlandse vennootschapsbelastingplichtigen bewijzen dat:

  • Rente-inkomsten zijn onderworpen aan een effectief belastingtarief van 10%; Of

  • Verwante transacties (dwz financiële en gelinkte transacties) zijn gebaseerd op deugdelijke zakelijke redenen.

Rentekosten zijn aftrekbaar als een van de afwijzingsregels wordt toegepast.

Op grond van het EU-recht is binnenlands optreden ter voorkoming van belastingontduiking of -ontwijking in beginsel toegestaan ​​als het gericht is op ‘puur kunstmatige constructies’; Dat wil zeggen, afspraken zonder enige onderliggende commerciële rechtvaardiging.

READ  Analistenbeoordelingen voor Nederlandse broers - Nederlandse broers (NYSE:BROS)

Het HvJ EU oordeelde dat zakelijke transacties niet mogen worden aangemerkt als puur kunstmatige constructies. Eveneens dient, conform het evenredigheidsbeginsel, het niet toestaan ​​van renteaftrek te worden beperkt tot een hoger percentage dan de zakelijke rente.

Daarom werd de Zweedse binnenlandse maatregel (die de renteaftrek van schulden aan verbonden partijen beperkt als de belangrijkste reden voor het aangaan van een dergelijke schuld het verkrijgen van een aanzienlijk belastingvoordeel was) geacht in strijd te zijn met het EU-recht.

Impact op de Nederlandse anti-base erosie regel

De Nederlandse antigrondslagclausule is aan de orde in een lopende zaak bij de Hoge Raad. In deze zaak betoogt de Nederlandse vennootschapsbelastingplichtige – met referentie Lexal – Weigering van zakelijke rentekosten op intergroepsleningen in verband met externe acquisities (aangetaste transactie) is een schending van het EU-recht.

Overeenkomsten tussen de Nederlandse Anti-Base Erosion Act en de Swedish Domestic Action Lexal In deze zaak vroeg de Hoge Raad het HvJ-EU om een ​​prejudiciële beslissing over de vraag of de Nederlandse antigrondslagbepaling in strijd is met het EU-recht.

Als het HvJ-EU zijn eerdere uitspraak volgt Lexal, zou de Nederlandse regel tegen grondslaguitholling geacht worden in strijd te zijn met het EU-recht wanneer hij de renteaftrek van zakelijke rentekosten ontzegt; Dit betekent dat de Nederlandse anti-basisuithollingsregel niet van toepassing is op zakelijke leningen.

Het arrest van het HvJ-EU in de zaak Lexel laat weinig ruimte voor verbeelding; Dat wil zeggen dat een binnenlandse vordering in strijd is met het EU-recht wanneer zij de aftrek van zakelijke rentekosten ontkent. Als het HvJ dit arrest volgt in zijn huidige Nederlandse prejudiciële zaak, is de Nederlandse antigrondslagbepaling mogelijk in strijd met het EU-recht.

READ  Medical Afghanistan versloeg de Nederlanders voor 179 runs in een strijd om gigantische moordenaars

Daarom zal het bijhouden van verrekenprijsdocumenten die het zakelijke karakter van de lening ondersteunen in de praktijk nog belangrijker zijn om de aftrekbaarheid van rentelasten voor leningen in het kader van de Nederlandse anti-grondslaguithollingsregel aan te tonen. Ondersteuning voor het zakelijke karakter van een intercompany-lening kan worden versterkt door de lening te segmenteren (met verschillende looptijden, onderpand en rentetarieven).