Leasing van Nederlandse of buitenlandse vennootschappen (financiën of vennootschappen) Nederlands onroerend goed is onderworpen aan de Nederlandse vennootschapsbelasting, afhankelijk van de nettohuuropbrengsten en vermogenswinsten verkregen uit het Nederlandse onroerend goed. Het tarief van de Nederlandse vennootschapsbelasting bedraagt momenteel ruim 25 procent
5 245.000 (anders is het tarief 15 procent). Teruggave van inkomsten uit Nederland naar het hoofdkantoor van de buitenlandse vennootschap is niet onderworpen aan de Nederlandse (dividend)favorietenbelasting.
Een Nederlands bedrijf dat aan bepaalde regels voldoet – zoals de feitelijke en wettelijke grenzen van zijn activiteiten voor normaal portefeuillebeheer, diversificatie van aandeelhouders en verplichte winstuitkering over een bepaalde periode – kan ervoor kiezen om 0 procent van de vennootschapsinkomsten toe te passen op zijn belastinginkomsten . Belastingtarief (vaak de Nederlandse REIT-regel genoemd). Dividenden zijn onderworpen aan 15% Nederlandse dividendbelasting en kunnen worden verlaagd onder toepassing van de Nederlandse belastingwetgeving of het belastingverdrag.
Als een buitenlandse onderneming belegt in Nederlands onroerend goed, heeft zij recht op het bovengenoemde Nederlandse 0% vennootschapsbelastingtarief als zij voldoet aan de voorwaarden van het Nederlandse REIT-regime. In dat geval zou Nederland echter geen belasting kunnen heffen op Nederlandse dividenden.
In het onderhavige geval een Duits beleggingsfonds (speciaal fonds) Het betoogde dat Nederlanders recht zouden moeten hebben op een vennootschapsbelastingtarief van 0 procent. De fiscaal analist verwierp dit met het argument dat Nederland geen dividendbelasting mocht heffen van een buitenlandse vennootschap en dat dit de basis was voor het hanteren van het Nederlandse vennootschapsbelastingtarief van 0 procent.
Op 3 september 2021 oordeelde het Gerechtshof in Den Bosch in 2008 – het jaar waarin de Nederlandse REIT-regel werd gewijzigd – dat buitenlandse ondernemingen ook gebruik konden maken van de 0% vennootschapsbelasting op netto huurinkomsten en vermogenswinsten. Hoewel Nederland geen dividendbelasting kon heffen, was het afkomstig van hun Nederlandse onroerend goed. De rechtbank oordeelde dat noch uit de wet, noch uit de toelichtingen in de parlementaire geschiedenis blijkt dat het heffen van de Nederlandse dividendbelasting een voorwaarde was voor het gebruik van de REIT-regel.
De rechtbank oordeelde in deze zaak dat het Nederlandse beleggingsfonds niet bereid was inkomstenbelasting te betalen over vermogenswinsten die zijn opgebouwd op de datum van toepassing van de Duitse REIT-regel voor beleggingsfondsen (d.w.z. herwaardering van de marktwaarde bij het overstappen van de reguliere inkomstenbelasting). REIT-rule to rule), het voldoet niet aan alle regels voor het gebruik van de REIT-rule. Als het Duitse beleggingsfonds bereid was belasting te betalen over de herwaardering van zijn Nederlandse vastgoedactiva, zou het hebben geprofiteerd van de Nederlandse REIT-regel.
De uitspraak van de rechtbank is zeer interessant, vooral omdat buitenlandse vastgoedbeleggingsmaatschappijen in het woonland en in Nederland kunnen worden vrijgesteld van inkomsten- en bronbelasting. De Duitse beleggingsfondszaak blijft in behandeling bij de Hoge Raad. De Nederlandse regering heeft een interne nota uitgegeven waarin staat dat als gevolg van een wijziging in de Nederlandse Wet op de inkomstenbelasting van 2008 in sommige gevallen (zoals in de hand) Nederland duidelijk niet in staat is om dividenden te heffen en wijzigingen door te voeren. Om dit op te lossen heeft u een aangifte vennootschapsbelasting nodig. Wij verwachten dan ook dat de Hoge Raad de uitspraak van het hof handhaaft.
“Reisliefhebber. Razend bescheiden lezer. Ongeneeslijke internetspecialist.”
More Stories
Nederland roept Israël op om het UNRWA-embargo te heroverwegen en dringt aan op een staakt-het-vuren
Bizar… Nederlands veldrittalent maakt het uit met Belgisch team, dat woedend reageert: ‘Ik hoop dat je faalt’
De Asieldienst kreeg in april een boete van 50.000 euro per dag opgelegd