Afgelopen april is het Convenant Internationaal Verantwoord Ondernemen Duurzame Energiesector (het Convenant) gesloten tussen de Nederlandse overheid en verschillende sectorpartijen. Een contract is een privaatrechtelijke overeenkomst waarbij de ondertekenaars zich verbinden tot due diligence in de toeleveringsketen in overeenstemming met bepaalde VN-principes en OESO-richtlijnen. Deelname aan dit ‘multi-stakeholder instrument’ is weliswaar niet verplicht, maar kan bij toekomstige openbare en niet-openbare aanbestedingen wel passend zijn. Het kan nu al passend zijn om contractpartner te zijn bij de komende aanbestedingen voor de terreinen van IJmuiden Ver. Ook kan een zelfbenoemd “Platform voor samenwerking en intercollegiaal leren” partijen helpen zich voor te bereiden op de ‘Hard Law’ inzake internationaal verantwoord ondernemen (IRBC). Partijen als Vattenfall, Shell, Eneco en diverse (inter)nationale partijen in de sector doen al mee. Deze blog vat de belangrijkste inhoud van het contract voor duurzame energiebedrijven samen en bespreekt de relevantie ervan voor toekomstige aanbestedingen.
Reikwijdte van de IBC-taken
Ondertekenende duurzame energiebedrijven verbinden zich ertoe de VN-richtsnoeren voor bedrijven en mensenrechten uit 2011 en de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen uit 2011 toe te passen in hun economische activiteiten (de VN- en OESO-richtlijnen) om gemonitord te worden, kunnen bedrijven hun ‘voorkeurssectordoelstelling’ kiezen: zonne-energie of windenergie (of beide). Bovendien kunnen ondertekenaars afzien van de internationale toepassing van de overeenkomst, wat betekent dat alleen toeleveringsketens voor economische activiteiten in Nederland worden onderzocht. Indien nodig zal de ethische reikwijdte van de overeenkomst in overeenstemming zijn met de aanstaande nationale praktijk van de Richtlijn Corporate Sustainability Reporting (Richtlijn (EU) 2022/2464) en de aanstaande Richtlijn Due Diligence Corporate Sustainability.
Zelfevaluatie en monitoring
Partijen dienen hun prestaties jaarlijks zelf te beoordelen op basis van gezamenlijke vooruitgang Toetsingskader. Op basis van de resultaten van deze zelfevaluatie moeten de partijen hun ontwerp ontwikkelen en delen Due diligence-actieplan (OTAP) met concrete verbeterdoelen. Zelfevaluatieresultaten en gedeeld met individuele DDAP’s Onafhankelijkheid secretariaat en op geaggregeerde en anonieme basis gebruikt om een ondersteuningsprogramma voor gezamenlijke inspanningen te ontwikkelen. Ook wordt jaarlijks een voortgangsrapportage uitgebracht, die algemeen inzicht geeft in de voortgang van de partijen. Dergelijke gemeenschappelijke informatie is (i) een rapport over hoe elke individuele partij heeft bijgedragen aan het bereiken van de doelen van de overeenkomst, (ii) een geaggregeerd en anoniem rapport over de zelfevaluaties van de partijen, evenals (iii) gezamenlijke doelen die zijn gerealiseerd jaar.
Verantwoordingsmechanisme
Hoewel de overeenkomst technisch niet afdwingbaar is voor de rechtbank, biedt het wel een wettelijke basis Verantwoordingsmechanisme Geschillen tussen het Onafhankelijk Secretariaat (als toezichthouder) en een partij kunnen worden voorgelegd aan een onafhankelijke over de nakoming van de verplichtingen uit de Overeenkomst door die partij. Geschillencommissie, die binnen een jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst door de partijen wordt vastgesteld. De beslissing van het Geschillenpanel is een bindend arbitraal vonnis en wordt gepubliceerd op de website van de Overeenkomst. Ook klachten van ‘Partners’ Geschillen kunnen ook door de commissie worden beslecht. Belanghebbenden zijn in dit verband partijen die letsel, verlies of schade van materieel belang hebben geleden als gevolg van schending door een partij van de MVO-Overeenkomst. Van belang is dat bij een goed onderbouwde klacht de Geschillencommissie een schadevergoeding kan toekennen aan de aandeelhouders en dat de uitspraak in rechte afdwingbaar is. Over het algemeen kan het niet nakomen van de verplichtingen uit het contract ertoe leiden dat het contract door de andere partij wordt uitgezet met naming en shaming op de website van het contract.
Samenwerkende activiteiten
Het tweede belangrijke aandachtspunt van het contract is initiatie Gezamenlijke projecten Projecten gericht op het aanpakken van specifieke negatieve effecten en risico’s die zijn geïdentificeerd in de toeleveringsketens van bedrijven, en meer in het algemeen projecten die een positieve invloed hebben op mensenrechten en milieukwesties. Specifieke gezamenlijke projecten die al in de overeenkomst zijn opgenomen, zijn een gezamenlijk project over het vraagstuk van dwangarbeid in toeleveringsketens voor zonne-energie en een gezamenlijk project over ‘een rechtvaardige transitie’.
Verspreid het
Een derde belangrijk aandachtspunt van de overeenkomst is het vergroten van het aantal ondertekenaars met als doel hun collectieve invloed in de hernieuwbare energiesector te vergroten. Daartoe dient elke partij informatie over zijn deelname aan de Overeenkomst op zijn website te publiceren en alle externe relaties van zijn deelname op de hoogte te stellen. Partijen zouden hun handelspartners in beginsel moeten aanmoedigen om aan de overeenkomst deel te nemen. Het is belangrijk op te merken dat de partijen het verantwoordingsmechanisme specifiek onder de aandacht moeten brengen, zoals het informeren van leveranciersbedrijven en vakbonden over de mogelijkheid om een klacht in te dienen bij de Geschillencommissie Stakeholders.
bestuur
De overeenkomst stelt een alomvattend bestuurskader vast om de overeenkomst uit te voeren en effectief toezicht te waarborgen. De hoogste organisatie in deze bestuurlijke structuur is de Algemene vergadering, omvat de partijen bij de overeenkomst. De Algemene Vergadering bepaalt (onder meer) de strategische agenda en de goedkeuring van de begroting. STask Force Het regelt de uitvoering van de overeenkomst binnen de door de Algemene Vergadering gestelde grenzen en omvat een beperkt aantal vertegenwoordigers van verschillende soorten partijen (bijvoorbeeld energiebedrijven, brancheverenigingen en overheden). De Werkgroepen Comités gewijd aan een specifiek project of doel en gemandateerd door de Algemene Vergadering om te handelen in overeenstemming met hun doel (bijv. een task force om nieuwe deelnemers aan het verdrag te werven). Partijen dienen ook één persoon aan te wijzen Vrijheid leider Treedt namens de partijen op als de primaire woordvoerder van de overeenkomst. Voornoemde geschillencommissie wordt ingesteld om te beslissen over de gegrondheid van klachten van aandeelhouders of geschillen tussen het onafhankelijk secretariaat en een partij. Het laatste lichaam Onafhankelijkheid secretariaatHet is de Sociaal-Economische Raad (in het Nederlands: Sociaal-Economische Rad) die onder meer tot taak heeft toe te zien op de naleving van hun verplichtingen door partijen en, indien nodig, geschillen voor te leggen aan de Geschillencommissie.
Soorten deelname
Aangezien het verdrag een ‘multi-stakeholder instrument’ is, zijn er verschillende soorten ondertekenaars en soorten participatie. Belangrijkste ondertekenaars feesten, duurzame energiebedrijven, overheden, brancheverenigingen, NGO’s, kennisinstituten en vakbonden etc. Elk type partij heeft verschillende verplichtingen onder het contract, afhankelijk van de aard van haar activiteiten. Alle partijen participeren in het beheer van het contract, zij het met verschillende rechten en plichten (bijv. alleen partijen, bedrijven worden geacht financieel bij te dragen aan de begroting). Ten tweede kan het contract worden ondertekend ondersteuningssysteem, staan er geen aandelen open voor duurzame energiebedrijven. Ondersteunende organisaties promoten de overeenkomst actief op hun respectievelijke platforms en netwerken en dragen waar mogelijk bij aan specifieke projecten. Een derde vorm van participatie GLBAfkorting voor CTrekt autoriteiten en technologieplatforms voor hernieuwbare energie aan (bijvoorbeeld rijks- en gemeentebesturen en prijsvergelijkingswebsites). CAP’s verbinden zich ertoe IMVO-criteria op te nemen in hun openbare of niet-openbare aanbestedingsprocedures met betrekking tot technologieën voor hernieuwbare energie.
IRPC-criteria in aanbestedingen
Hoewel de overeenkomst serieuze toezeggingen vereist van duurzame energiebedrijven in de IRPC-regio en een verreikend verantwoordingsmechanisme heeft, zijn er ook voordelen verbonden aan deelname aan de overeenkomst. CAP’s verbinden zich er met name toe VN- en OESO-richtlijnen op te nemen als contractuele verplichtingen bij de aanschaf van technologieën voor hernieuwbare energie. Daarnaast probeert de Nederlandse overheid IMVO-normen op te nemen in aanbestedingsprocedures voor (offshore) luchtvergunningen. Bedrijven die IMVO-normen al implementeren in VN- en OESO-richtlijnen als gevolg van het naleven van de overeenkomst, kunnen daarom commercieel worden beloond, aangezien dit de concurrentiekracht bij aanbestedingsprocedures zal vergroten. Afhankelijk van het aantal CAP’s dat tot de overeenkomst toetreedt, zal deelname aan de overeenkomst uiteindelijk commercieel levensvatbaar zijn.
Zoals de minister van Economische Zaken en Klimaat al heeft aangekondigd Een brief In de Tweede Kamer afgelopen november zullen de IMVO-criteria al een rol spelen bij de vergelijkende evaluatie van de komende IJmuiden Ver offshore windtenders. Volgens de onlangs vrijgegeven Concept aanbestedingsvoorwaarden, kunnen 40 van de in totaal 400 punten vergelijkend onderzoek worden behaald door te voldoen aan de IMVO-criteria. Belangrijker is dat volledige naleving van de IRPC-criteria alleen kan worden aangetoond door deelname aan een overeenkomst of ‘soortgelijk multistakeholderinstrument’. Daarom kan deelname aan de overeenkomst al een concurrentievereiste zijn bij de komende IJmuiden Ver offshore windtenders.
“Reisliefhebber. Razend bescheiden lezer. Ongeneeslijke internetspecialist.”
More Stories
Nederland roept Israël op om het UNRWA-embargo te heroverwegen en dringt aan op een staakt-het-vuren
Bizar… Nederlands veldrittalent maakt het uit met Belgisch team, dat woedend reageert: ‘Ik hoop dat je faalt’
De Asieldienst kreeg in april een boete van 50.000 euro per dag opgelegd